Artikel M.C. van Leyenhorst, ‘Staatsimmuniteit en de bestemming van goederen van vreemde staten’, BER 2020/159, SDU.
Een executoriale titel tegen een vreemde staat kan in Nederland, alsook in de meeste andere landen, ten uitvoer gelegd worden. In Nederland gelden daarbij echter de restricties die volgen uit het internationale recht (deze regel wordt, strikt genomen ten overvloede, beschreven in art. 13a Wet algemene bepalingen). De voor de praktijk belangrijkste consequentie daarvan is dat bij de executie van een executoriale titel tegen een vreemde staat geen verhaal mag worden genomen op goederen die volgens internationaal gewoonterecht immuniteit van executie genieten. De vraag is dan welke goederen volgens internationaal gewoonterecht immuniteit genieten. Over deze vraag is de afgelopen jaren behoorlijk wat te doen geweest. Het ziet er naar uit dat de discussie daarover ook nog lang zal voortduren.